Op deze pagina vindt u algemene informatie over stemproblematiek door overbelasting of verkeerd gebruik van de stem (functionele dysfonie). Als u recent voor deze klacht bij een keel-neus-oorarts (KNO-arts) bent geweest, dan kunt u op deze plaats daarover meer gegevens lezen. Hebt u er nog nooit mee te maken gehad, maar wilt u er wat meer over weten, dan geldt hetzelfde.
Inleiding
Patiënten met functionele symptomen hebben géén zichtbare afwijkingen in hun keel en de stembanden sluiten, bewegen en trillen goed. De oorzaak van de stemklachten ligt in het gebruik (de functie) van de stem.
Klachten bij functionele dysfonie
Als de stembanden niet goed sluiten of bewegen kunnen verschillende stemklachten ontstaan. Soms hebben mensen (met functionele dysfonie) last van heesheid en/of schorheid. Soms hebben mensen (met functionele dysfonie) geen stem of juist een heel wisselende stem. De spreekstemhoogte is meestal lager dan normaal en hoge tonen bij het zingen worden niet meer gehaald. Vaak heeft een persoon met dysfonie de neiging om vaak zijn/haar keel te schrapen.
Oorzaak en diagnose bij functionele dysfonie
Oorzaak
Overbelasting en/of verkeerd gebruik van de stem kunnen er voor zorgen dat er (onbewust) verkeerde spiergewoontes ontstaan. Voorbeelden van verkeerd gebruik zijn roepen, schreeuwen, te luid spreken of met te veel spanning spreken. Overbelasting van de stem kan ook ontstaan na een doorgemaakte infectie (van de keel) of operaties.
Een verkeerde spiergewoonte door overbelasting/verkeerd stemgebruik ontstaat wanneer de spieren in en boven de stembanden te krachtig samenknijpen tijdens het spreken. Dat noemen we een hyperkinetische beweging. Het tegenovergestelde kan ook gebeuren: de spieren in de stembanden knijpen niet krachtig genoeg samen. Dat noemen we een hypokinetische beweging.
In beide gevallen zit er niet iets op de stemband zelf, maar ligt het probleem in het gebruik en de aansturing van de stem (de functie).
Diagnose
Voor diagnostiek heeft de KNO-arts twee opties. De arts gebruikt een starre scopie via de mond of een dun slangetje dat door de neus in de keelholte wordt gebracht (fiberscopie). Meestal gebeurd dit onderzoek zonder verdoving. Nader onderzoek met een stroboscoop kan ook nodig zijn. Uw KNO-arts onderzoekt daarmee de stembanden en constateert als ze goed sluiten, bewegen en trillen een functionele dysfonie.
Kijk voor meer informatie hierover onder het kopje: stemonderzoek.
Mogelijke behandeling bij functionele dysfonie
Over het algemeen wordt gekozen voor stemtherapie bij een logopedist, zowel bij niet-zangers als bij zangers. U leert de stem gecontroleerder te gebruiken. Af en toe wordt bij zangers gekozen voor technisch zangles bij een zangdocent, eventueel in een later stadium stemtherapie bij een logopedist.
Verantwoording
Bovenstaande patiëntinformatie betreft een aangepaste versie van de folders van Stemplatform.nl.
Slotwoord
Het is niet mogelijk om op deze voorlichtingspagina alle details van functionele dysfonie te beschrijven. U kunt verdere informatie lezen bij de kopjes van de verschillende aandoeningen en behandelingen.
Het kan zijn, dat u ondanks de uitleg van uw KNO-arts nog vragen heeft of dat u meer informatie wilt. Aarzel dan niet contact op te nemen met uw KNO-arts en om nadere uitleg te vragen. Aan dat verzoek zal graag worden voldaan.